Ik vlieg heel wat af tegenwoordig, en kom op
allerlei luchthavens. Na een weekje vakantie in Nederland vertrek ik op een
zondag vanaf Schiphol. Alles is duidelijk aangegeven in het Nederlands en Engels. Wij hebben het in Nederland gewoon goed geregeld hebben, heel erg
goed!
Het inchecken in Nederland is anders dan
vroeger. (ja, ik wordt oud). Tegenwoordig komt er geen mens meer aan te pas. Ik
leg m'n paspoort in de scanner van een apparaat, en al m'n vluchten komen naar
voren. Amsterdam -Parijs, Parijs-Addis Abeba, Addis Abeba -Juba. Het apparaat
geeft aan me alleen te kunnen inchecken van Amsterdam naar Parijs. De volgende
vlucht moet ik in Parijs regelen. Het apparaat spuugt mijn instapkaart uit. Met
de instapkaart check ik mijn bagage in. Ik zet mijn tas in een soort cabine en
scan mijn instapkaart. De cabine weegt mijn bagage, neemt de maten en het is
akkoord. Mijn bagagelabel wordt uitgeworpen. Mijn bagage label zegt, dat mijn
bagage van Amsterdam naar Parijs, Parijs - Addis Abeba en Addis Abeba naar Juba
gaat. Fijn denk ik, anders moet ik tussen door ook nog achter mijn bagage aan.
Ook al komt er geen mens aan te pas, er staan mensen te kijken of het allemaal
goed gaat en zijn bereid tot uitleg. Maar de uitleg is niet nodig, want alles
spreekt voor zich. Vroeger kon je wel een uur in de rij staan, nu heb ik in no
time ingecheckt. Op weg naar de gate gaat ook alles vanzelf, gewoon de bordjes
volgen.
En even later kom ik aan in Parijs op terminal 2F, ik moet naar 2A.
Ik kom een apparaat tegen onderweg, waar ik een
instapkaart zou moeten kunnen krijgen. Precies dezelfde automaat als op
Schiphol. Ik leg mijn paspoort er weer in, type de eerste 3 letters van de
luchthaven. Mijn paspoort is okay, maar de passagier wordt niet herkend.
Oh..oh..... Ik doe vast iets fout. Het apparaat vraagt mijn boekingsnummer. Ik
zoek in mijn Franse e-mail, naar het nummer, maar kan het zo gauw niet vinden. Dus
ik start de procedure maar opnieuw, hetzelfde verhaal. Ik kijk rond, is er
misschien ergens hulp..... Geen mens te bekennen. Dus ik volg de borden naar terminal 2A. Ik kom bij de douane. De man kijkt
heel lang naar mijn paspoort, en naar alle visa's. Het bevat stempels en visa's
van Nieuw Zeeland, Tanzania, India, Jordanië, en vervolgens Zuid Soedan waar
geen normaal mens heen gaat. Hij vraagt vervolgens mijn instapkaart......, die
ik dus niet heb. Ik laat de Franse uitdraai van mijn vlucht gegevens zien. Ik
vraag hem vervolgens waar ik de instapkaart kan krijgen. Hij kijkt me verbaasd
aan, en zegt zoiets als: "Weet ik veel?.... Ik ben van de politie". Maar hij laat me door.
Ik volg braaf de borden, beland in een bus, en kom aan op terminal 2 A. De
luchthaven in Parijs is een doolhof. Op terminal 2A kom ik langs een
balie. Ik denk: "ha fijn, hier krijg ik vast mijn instapkaart". Een
meneer zegt dat ik naar Gate A39 moet. Ik vraag: "Krijg ik daar mijn
instapkaart". JA is het antwoord. Maar de fransmannen die ik tegen kom
deze dag, zijn wat kortaf, en het lijkt net of ik domme vragen stel of het is
de taalbarrière? Ik
kom terecht in de belastingvrije zone, zonder instapkaart. Het is de eerste
keer dat ik ronddwaal op een luchthaven, al door de douane heen ben, zonder
instapkaart. Gate A39 lijkt in een uithoek te liggen en er is geen mens te
bekennen maar ik ben nog vroeg. Ik vertrouw het niet. Ik zit relaxed te
wachten, althans, uiterlijk, maar ik ben er echter niet gerust op. Dus ik wandel weer
terug naar de balie, waar ik eerder langs kwam. Ik vraag nogmaals hoe het zit
met mijn instapkaart. Er wordt me nogmaals gezegd, bij gate A39. Ik denk bij mezelf,
"Cobi vertrouw er maar op".
Bij gate A39 staat inmiddels een jonge fransman achter de balie, die geïrriteerd opkijkt als ik om een instapkaart vraag. Hij is nu nog even bezig hij roept zo om. En ja hoor
15 minuten later heb ik dan toch mijn instapkaart. Mijn bagage, die op de
luchthaven ergens staat wordt ook officieel ingecheckt, waarbij ik aangeef met
welke vlucht ik uit Amsterdam kwam.
Ik vlieg met Ethiopian airlines. Ik heb vandaag
pech, ik heb in alle vliegtuigen een plek tussen twee mensen. De stoeltjes, daar past een mens net in en de beenruimte is
beperkt. Sommige mensen zijn groter dan de stoeltjes en hebben ruimte nodig,
maar ook mensen die wel in de stoeltjes passen, hebben soms veel ruimte nodig.
Ik ben al blij dat niemand met z'n hoofd op mijn schouder ligt. Zelf schrik ik
iedere keer wakker als mijn hoofd van mijn lijf lijkt te rollen. Ik wil ook
niet met m'n hoofd op de schouder van een onbekende belanden.
Maandagochtend kom ik aan op terminal 2 in Addis Abeba Ik
moet naar terminal 1. Terminal 2 is de luxe variant, daar heb ik vorige keer
mogen wachten voor mijn vlucht naar Parijs. Terminal 1 lijkt de terminal voor
de mindere landen. Maar m'n instapkaart heb ik al, en iedereen wijst me vriendelijk
de weg. In de wachtruimte van terminal 1 staat niets aangegeven, dus het is
wachten totdat ik iemand Juba hoor roepen. Er loopt een Ethiopische mevrouw
rond die mensen vraagt waar ze heen gaan. Ik mag bij gate 10 wachten. Ik loop
langs de wachtruimte van Gate 9, waar het erg druk is. Bij gate 10 zitten maar
een paar mensen. Rond de officiële instaptijd gebeurt er niets. Even later komt
iemand vragen of we naar Juba gaan? Ja, is het antwoord. We zitten bij de
verkeerde gate, we moeten naar Gate 9, waar iedereen al is ingestapt.
Ik zit nu in een klein vliegtuigje..... Twee
uur vliegen, dat is te overzien.
Ja en dan tenslotte de
luchthaven op Juba. De kleinste internationale luchthaven dat ik ken. Er staan
vooral vliegtuigen en helikopters van de UN, artsen zonder grenzen en het
internationale rode kruis. Alle passagiers moeten via een tent van de WHO, waar
iemand bij iedere passagier de temperatuur meet, door een ingenieus apparaat op
onze voorhoofd te richten.
Ik kom in een kleine
ruimte terecht, vol en vol mensen probeer ergens een immigratiepapiertje te
pakken en in te vullen en ga vervolgens geduldig in de rij staan. Voor een
smoezelig loketje laat ik mijn paspoort zien en m'n ingevulde
immigratiepapiertje. Dan mag ik me door de mensenmassa heen wringen
op zoek naar mijn bagage. Maar niets te vinden. Ik wacht geduldig, er wordt
waarschijnlijk nog bagage uitgeladen. Maar als alle bagage er is, kan ik
nergens mijn bagage bekennen. Ik ga me ergens melden, word van de een naar de
ander gestuurd, totdat iemand mijn naam noteert in een groot schrift. Ik mag
vanavond terug komen om vijf uur, dan komt er een tweede vlucht uit Ethiopië.
s'Middags vijf uur ben ik weer op de luchthaven. Met mijn ogen speur ik alle
bagage af, maar niets. Ik ga me weer melden, morgen mag ik terug komen om half
twaalf, als de volgende vlucht aankomt. Iemand anders gaat voor me, want ik heb
een afspraak, maar komt met niets terug. s'Middags vijf uur sta ik er weer. Nu
gaat er een meneer mijn zoek geraakte bagage in de computer invoeren, een
zoekopdracht. Ik word gebeld als het er is. Niemand belt. Iedere dag gaat
iemand naar de luchthaven.
Donderdag heb ik eindelijk mijn bagage. De kaas
en de chocolade letters van Sint hebben het overleefd. Maar ik ben vooral blij
met mijn muziek, toiletspullen, de foto's die ik aan de muur wil hangen en andere persoonlijke spulletjes.