zondag 25 oktober 2015

ONDERVOEDE KINDEREN



De basis gezondheidszorgpost die wij runnen en ondersteunen ligt in het Noorden van Zuid Soedan in Aweil North. De omgeving is landelijk, het is groen, en er lopen veel koeien. Er staan hutjes van klei met een rieten dak tussen het groene gras en hier en daar een stenen gebouw. Één van de stenen gebouwen is onze kliniek, die deels van steen is, maar ook deels een rieten overkapping.


In de gezondheidszorgpost hebben wij een programma voor ondervoede kinderen.
Alle kinderen onder de 5  jaar, die naar de gezondheidszorgpost  komen, worden standaard gescreend op ondervoeding. Dit gebeurt door middel van een MUAC. De ‘Mid Upper Arm Circumference’.  Met een gekleurd bandje wordt de omvang van de bovenarm van het kind gemeten. Is de omvang minder dan 115 mm (11,5cm), de rode kleur op het bandje, dan is het kind ernstig ondervoed. Is de omvang tussen de 115 en 125 mm dan is het kind matig ondervoed. Boven de 125 mm dan is het kind niet ondervoed.
Ieder kind wordt ook gecontroleerd op oedeem. Heeft het kind oedeem, dan is het ernstig ondervoed.


Voor de kinderen die ernstig ondervoed zijn checken we of het kind eetlust heeft. Als het geen eetlust heeft, dan gaan we ervan uit dat het kind complicaties heeft en wordt het kind opgenomen in de gezondsheidszorgpost.


Een ernstig ondervoed kind wat ziek is, heeft vaak niet de normale verschijnselen van ziek zijn.  Een relatief  ‘gezond kind’ dat een infectie heeft, krijgt koorts. Om koorts te ontwikkelen moet het kind brandstof hebben. Een ernstig ondervoed kind, heeft geen brandstof of tewel energie in zijn lichaam opgeslagen en kan daarom ook geen koorts ontwikkelen.
Daarom testen we de eetlust van het kind. Als het kind geen eetlust heeft, heeft het kind een complicatie. Alle ernstig ondervoede kinderen met complicaties worden opgenomen in de gezondsheidszorgpost, waar ze blijven tot ze als het ware gestabiliseerd zijn.

De kinderen zonder complicatie worden poliklinisch behandeld, met medicatie en voeding aangepast aan de voedingstoestand.
Een ernstig ondervoed kind heeft aangepaste voeding nodig, omdat het lichaam te zwak is om normale voeding te verteren en op te slaan in het lichaam.

Op een  middag ben ik aanwezig in de polikliek, onder een rieten dak. Het is ontzettend warm onder dit rieten afdak, maar buiten in de zon is het warmer. Hier komen wekelijks de moeders met hun kinderen voor de poliklinische  behandeling.
De moeders zitten  met hun kinderen op de grond op een rieten mat.
De verpleegassistent zit achter een plastic tafel. Hij heeft 2 mappen. Één map met de kaarten van alle ernstig ondervoede kinderen. Een tweede map met de kaarten van de matig ondervoede kinderen. Hij haalt alle kaarten eruit, en roept alle namen op van de kaarten, en ordent de kaarten op wel of niet aanwezig.

Als de kaarten geordend zijn staat de verpleegassistent op en vertelt iets aan de moeders, wat ik niet kan verstaan. De moeders kleden vervolgens hun kinderen uit en er begint een koor van kinder gehuil.
De namen worden opnieuw geroepen en  de moeders gaan in de rij staan met hun blote kindertjes. Één voor één worden de kinderen gewogen in een grote plastic afwasteil, die met touwen aan een weegschaal hangt. De ene moeder is meer ervaren dan de ander, en ze corrigeren elkaar als een moeder het kind of de plastic bak , blijft vasthouden terwijl het kind gewogen wordt.


De kinderen worden weer aangekleed en de moeders gaan geduldig wachten, totdat de naam van hun kind geroepen wordt
Één voor één komt een moeder met haar kind bij de tafel van de verpleegassistent. Hij meet de omvang van de bovenarm van het kind, de MUAC, meet de temperatuur, stelt de nodige vragen, noteert alles op de kaart van het kind, schrijft de routine medicatie en de kant en klare voeding voor één week op de kaart, en geeft waar nodig voorlichting.  De moeder gaat met de kaart van haar kind naar de apotheek in de gezondheidszorgpost, levert de kaart in en krijgt de voeding en eventueel de routine medicatie.


Er zijn duidelijke criteria voor ernstige en matige ondervoeding, wanneer het kind genezen is en wanneer het doorgestuurd moet worden naar de ‘Clinical officer’ voor verder onderzoek.

maandag 19 oktober 2015

MIJN WOONOMGEVING

En hier woon ik...... tijdelijk


De keuken

Op weg naar het toilet

Uhummmm

Als het donker wordt verzamelen de kikkers hier

Handen wassen na het plassen

De Douche

De rechter deur is mijn hutje

s nachts ben ik hier veilig voor alle rond vliegende insecten

zaterdag 10 oktober 2015

ZUID SOEDAN: EERSTE IMPRESSIE

De tijd gaat ongelofelijk snel.  De eerste twee weken zijn voorbij gevlogen. Ik heb geen tijd gehad om mijn dagboek te schrijven, en ik moet heel diep graven, om alle ervaringen weer op te roepen.



Nederland - Parijs

Zondag 2 weken geleden was ik nog in Nederland. De dagen ervoor stonden in het teken van afscheid nemen. Ik heb vaker afscheid genomen en ik heb dan altijd dubbele gevoelens. Ik laat toch het vertrouwde weer achter me en stort me in een nieuw en onbekend avontuur. Mijn familie is bezorgd, omdat  Zuid Soedan niet een ideal land is. Hoe dit avontuur eruit gaat zien……? Ik weet het niet..….. Ik laat me verrassen.

Ik reis met de trein van Amsterdam naar Parijs, een comfortabele reis.

Maandag en Dinsdag heb ik mijn briefing in Parijs op het hoofdkantoor en teken ik mijn contract.



Parijs - Juba  - Pamat

Dinsdag avond zit ik in het vliegtuig richting Juba, de hoofdstad van Zuid Soedan. In Ethiopie stap ik over op een kleiner vliegtuig naar Zuid Soedan. Woensdag ochtend stap ik uit op het kleinste internationale vliegveld waar ik ooit ben geweest. Ik zie hier weinig grote vliegtuigen van de bekende luchtvaartmaatschappijen. In plaats daarvan staan er helikopters en vliegtuigen van de Verenigde Naties en het Internationale Rode Kruis. We lopen van het vliegveld naar de ontvangsthal. Ontvangsthal is een woord wat beslist niet van toepassing is hier. Het is klein en het krioelt van de mensen, en ik ruik Afrika.

Ik moet een formuliertje invullen en zoek een plek bij de tafel. Ik ga blijkbaar aan de verkeerde kant  van de tafel staan en word terug gestuurd. Even later sta ik in de rij met mijn paspoort bij één van de drie loketjes. Daarna  mag ik doorlopen naar de andere kant van de tafel, waar ik eerst werd weggestuurd. Op de grond staan alle koffers en tassen, ik vis de mijne er tussen uit. Iedereen moet zijn koffer of tas op tafel leggen en de koffer openmaken, waar de inhoud wordt bekeken door een jonge man in een militair pak. Ik zoek mijn bril op, om vervolgens aan mijn cijferslot te morrelen. De jonge militair glimlacht en zegt dat het okay is, ik hoef mijn tassen niet open te maken. Blijkbaar zie ik er onschuldig uit.



Ik word opgewacht door één van mijn nieuwe collega’s in Juba , die heeft mij al herkend van de pasfoto,  terwijl ik met mijn tassen bezig was.

Met een jeep rijden we door Juba, de meeste auto’s die ik zie zijn van internationale humanitaire organisaties of van militairen.

Aangekomen in de guesthouse, pak ik mijn spullen uit, neem een douche en loop dan naar het kantoor op hetzelfde terrein. De compound is niet echt groot, er staat een hoge muur omheen met er boven op prikkeldraad. Ik krijg ook hier een briefing en krijg te horen dat ik morgen naar Pamat ga, waar we een kliniek hebben, daar zal ik een paar weken blijven.  Dus ik mag weer inpakken.



De volgende dag vlieg ik met een vliegtuig van WFP (World Food Program), er zitten alleen mensen van humanitaire hulporganisaties in het vliegtuig. In plaats van een blaadje met reclame van mooie reisbestemmingen en de TAX free spullen, lees ik nu een blaadje van UNHAS (United Nations Humanitarian Air Services).  In landen waar geen veilig transport is, zorgen zij voor veilig en betrouwbaar transport om humanitaire hulpverleners naar de gewenste plaatsen te vervoeren.

De derde stop is Aweil, daar stap ik uit. Een landingsbaan van rode aarde, even verder op staan jeeps van hulpverleningsorganisaties pasagiers op te wachten.

Ook ik word hier opgewacht en we rijden met de jeep naar Pamat. De zon staat laag, het landschap is groen, er zijn bijna geen auto’s op de weg. Ik zie ronde lemen hutjes met rieten daken. Hier en daar spelen kinderen, vrouwen dragen hout en andere zaken op hun hoofd. Het landschap straalt vrede en rust uit. Ben ik in Zuid Soedan ??  JA, ik ben in Zuid Soedan.



Mijn woonplek in Pamat

Dit is echt een geweldige plek, rust en eenvoud. Ook hier staat een muur omheen, maar het is ruim van opzet en de eerste dagen voelt als een werkvakantie en dat komt met name door de omgeving, de rust en de stilte. Ik slaap in een stenen hutje met een rieten dak. Overal zijn kieren en gaten, de kikkers en insecten kunnen vrij naar binnen en buiten. Ik word gewaarschuwd dat er ook slangen naar binnen kunnen komen en dat ik mijn schoenen moet nakijken voordat ik ze aantrek.  Maar onder mijn klamboe voel ik me veilig.

De ideaalste tijd om te douchen is vlak voordat de zon ondergaat heb ik ontdekt. Dan komen de insecten nog niet op het licht af, en hoop ik dat ik niet meteen weer ga zweten na de douche. Ik woon en werk hier met mijn collega’s, het voelt als leven in een commune. We ontbijten samen, we werken samen, we lunchen samen, en dineren samen in onze “LUAC”. Een “Luac” is een lokaal woord voor een extra grote hut, met een rieten dak maar zonder muren; iedereen moet bukken om erin te lopen, ook ik heb al twee keer flink mijn hoofd gestoten.  Blijkbaar zouden de lokale mensen hier hun koeien ‘s nachts stallen. Om tien uur savonds verdwijnt iedereen in zijn hutje.

De eerste Zaterdag kijken we film.  We hebben een beamer en een groot wit zeil. Halverwege de film gaat een collega met een bezem over het witte zeil omdat het inmiddels vol met insecten zit, die aangetrokken worden door het licht.  De insecten hier zijn er in alle maten, groot en klein, en er zitten hele mooie exemplaren bij. De beste plek om ze te obsereveren is tijdens een toiletbezoek.



Mijn werk

De inhoud van mijn werk is heel divers en een korte impressie geven valt niet mee. Ik verdiep me momenteel in de activiteiten die we doen in de kliniek, ik lees allerlei documenten door, ik ondersteun hier bij de coordinatie en organisatie van het werk. Ik ondersteun de health program manager die ook nieuw is. De eerste rapportages zijn al geschreven, en indicatoren ingevuld. Ik heb inmiddels heel veel mensen ontmoet, verpleegkundigen, verloskundigen, verpleegassistenten, de supervisoren, chauffeurs, schoonmakers, mensen van andere organisaties,  vertegenwoordiger van het ministerie van gezondheidszorg,  en meer. De eerste vergadering met lokale overheid, partners van andere organisaties en dorpshoofden heb ik ook gehad. Hier mocht ik meteen een presentatie geven. Ik ben blij dat ik inmiddels een hele rugzak aan ervaring bij me heb, want dat komt me heel goed van pas om snel overzicht te krijgen in deze hele nieuwe situatie. Er valt nog veel meer te vertellen over het werk, maar dat bewaar ik voor de volgende keer.