De basis gezondheidszorgpost die wij runnen en ondersteunen ligt in het
Noorden van Zuid Soedan in Aweil North. De omgeving is landelijk, het is groen,
en er lopen veel koeien. Er staan hutjes van klei met een rieten dak tussen
het groene gras en hier en daar een stenen gebouw. Één van de stenen gebouwen is onze kliniek, die deels van steen is, maar
ook deels een rieten overkapping.
In de gezondheidszorgpost hebben wij een programma voor ondervoede
kinderen.
Alle kinderen onder de 5 jaar, die
naar de gezondheidszorgpost komen,
worden standaard gescreend op ondervoeding. Dit gebeurt door middel van een
MUAC. De ‘Mid Upper Arm Circumference’. Met
een gekleurd bandje wordt de omvang van de bovenarm van het kind gemeten. Is de
omvang minder dan 115 mm (11,5cm), de rode kleur op het bandje, dan is het kind
ernstig ondervoed. Is de omvang tussen de 115 en 125 mm dan is het kind matig
ondervoed. Boven de 125 mm dan is het kind niet ondervoed.
Ieder kind wordt ook gecontroleerd op oedeem. Heeft het kind oedeem, dan
is het ernstig ondervoed.
Voor de kinderen die ernstig ondervoed zijn checken we of het kind
eetlust heeft. Als het geen eetlust heeft, dan gaan we ervan uit dat het kind
complicaties heeft en wordt het kind opgenomen in de gezondsheidszorgpost.
Een ernstig ondervoed kind wat ziek is, heeft vaak niet de normale
verschijnselen van ziek zijn. Een
relatief ‘gezond kind’ dat een infectie
heeft, krijgt koorts. Om koorts te ontwikkelen moet het kind brandstof hebben. Een
ernstig ondervoed kind, heeft geen brandstof of tewel energie in zijn lichaam
opgeslagen en kan daarom ook geen koorts ontwikkelen.
Daarom testen we de eetlust van het kind. Als het kind geen eetlust heeft,
heeft het kind een complicatie. Alle ernstig ondervoede kinderen met
complicaties worden opgenomen in de gezondsheidszorgpost, waar ze blijven tot ze
als het ware gestabiliseerd zijn.
De kinderen zonder complicatie worden poliklinisch behandeld, met medicatie en voeding aangepast aan de voedingstoestand.
Een ernstig ondervoed kind heeft aangepaste voeding nodig, omdat het
lichaam te zwak is om normale voeding te verteren en op te slaan in het
lichaam.
Op een middag ben ik aanwezig in
de polikliek, onder een rieten dak. Het is ontzettend warm onder dit rieten
afdak, maar buiten in de zon is het warmer. Hier komen wekelijks de moeders met
hun kinderen voor de poliklinische behandeling.
De moeders zitten met hun
kinderen op de grond op een rieten mat.
De verpleegassistent zit achter een plastic tafel. Hij heeft 2 mappen. Één
map met de kaarten van alle ernstig ondervoede kinderen. Een tweede map met de
kaarten van de matig ondervoede kinderen. Hij haalt alle kaarten eruit, en
roept alle namen op van de kaarten, en ordent de kaarten op wel of
niet aanwezig.
Als de kaarten geordend zijn staat de verpleegassistent op en vertelt iets
aan de moeders, wat ik niet kan verstaan. De moeders kleden vervolgens hun
kinderen uit en er begint een koor van kinder gehuil.
De namen worden opnieuw geroepen en de moeders gaan in de rij staan met hun blote
kindertjes. Één voor één worden de kinderen gewogen in een grote plastic afwasteil,
die met touwen aan een weegschaal
hangt. De ene moeder is meer ervaren dan de ander, en ze corrigeren elkaar als een
moeder het kind of de plastic bak , blijft vasthouden terwijl het kind gewogen
wordt.
De kinderen worden weer aangekleed en de moeders gaan geduldig wachten,
totdat de naam van hun kind geroepen wordt
Één voor één komt een moeder met haar kind bij de tafel van de
verpleegassistent. Hij meet de omvang van de bovenarm van het kind, de MUAC, meet
de temperatuur, stelt de nodige vragen, noteert alles op de kaart van het kind,
schrijft de routine medicatie en de kant en klare voeding voor één week op de
kaart, en geeft waar nodig voorlichting.
De moeder gaat met de kaart
van haar kind naar de apotheek in de gezondheidszorgpost, levert de kaart in en
krijgt de voeding en eventueel de routine medicatie.
Er zijn duidelijke criteria voor ernstige en matige ondervoeding, wanneer
het kind genezen is en wanneer het doorgestuurd moet worden naar de ‘Clinical
officer’ voor verder onderzoek.








