Abuk is een
jonge moeder met 5 kinderen, in de leeftijd variërend van 4 maanden tot 8 jaar.
Deng Bol haar zoontje van 3 jaar is ziek sinds vanmorgen. Hij heeft over gegeven,
hij huilt en heeft koorts. Het regen seizoen is aangebroken, dus Abuk vermoedt
dat het malaria is. Abuk gaat met Deng Bol naar de lokale gezondheidspost in
het dorp. De gezondheidspost is in een lemen hut, net als haar eigen hut. Er werkt
een oude man, die ooit een 9 maanden training heeft gehad als Community Health
Worker. Hij werkt als vrijwilliger, want de overheid heeft hem al maanden niet
betaalt. Hij bekijkt Deng Bol en stelt vast dat hij koorts heeft en inderdaad ziek
is. Hij heeft geen test om vast te stellen dat haar zoontje malaria heeft, en
ook geen medicijnen om haar zoontje te behandelen. Dus hij vertelt Abuk: “Ik
denk dat het malaria is, maar ik heb geen medicijnen”. De oude man schrijft de
naam van Deng Bol in een groot registratieboek, met de diagnose malaria. Hij
geeft iedere week door aan de overheid hoeveel patiënten hij heeft gezien, met
welke diagnose.
Abuk is erg
bezorgd om Deng Bol en vraagt zich af wat ze nu zal doen. Deng Bol lijkt alleen
maar zieker te worden, hij eet niet, hij drinkt niet en slaapt alleen maar. Terug
thuis gekomen, overlegt ze met de andere vrouwen. Deze vertellen haar dat in de
kliniek 8 kilometer verderop, er ook geen medicatie is. Abuk besluit naar een
kliniek te gaan, die 7 uur lopen is vanaf haar dorp. Ze neemt het jongste kind
van 4 maanden ook mee want die geeft ze borstvoeding. Haar dochtertje van 8
jaar gaat ook mee, want die kan haar jongste kind dragen. De andere kinderen
laat je achter bij de andere vrouwen.
De wandeltocht
is lang en zwaar met de drie kinderen, en Abuk maakt zich ernstige zorgen. ’s Avonds,
als het al donker geworden is komt ze aan in de kliniek. De polikliniek is
gesloten. Voor de poorten zijn mensen aan het koken, ook zij hebben een lange
tocht erop zitten, en blijven slapen voor de poorten van de kliniek, in de hoop
morgenochtend aan de beurt te zijn. Deng Bol reageert inmiddels helemaal niet
meer en heeft stuiptrekkingen.
Abuk meldt zich
bij de poort van de kliniek, gelukkig wordt ze meteen binnen gelaten. Er wordt
meteen naar haar zoontje gekeken, en Abuk is blij dat er nu van alles gebeurt.
Haar zoontje krijgt een infuus en medicijnen tegen de stuiptrekkingen en de
malaria. De stuiptrekkingen stoppen en enigszins gerustgesteld probeert ze te
slapen op het bed in de kliniek samen met haar drie kinderen. De volgende
ochtend vroeg, kijkt Deng Bol haar aan en zegt dat hij dorst heeft. Abuk’s hart
maakt een sprongetje van geluk. Nog een dag later wordt Deng Bol ontslagen, hij
is weer helemaal de oude.
Sinds juli is
de regentijd begonnen, dat betekent ook dat het malaria seizoen is aangebroken.
In vele Afrikaanse landen is het net zo normaal om malaria te krijgen, als in
Nederland een verkoudheid, ook in Zuid Soedan. Een volwassene die hoofdpijn,
spierpijn en misschien wat koorts heeft, die laat zich testen op malaria. Is de
test malaria positief, dan krijgt hij medicatie, en sommige zijn tijdens de
behandeling al weer aan het werk.
Voor kinderen
is malaria een hele ernstige ziekte, omdat zij nog onvoldoende weerstand hebben
opgebouwd tegen de malaria parasiet. De kans op overlijden is groot, vooral als
er niet meteen een behandeling voor handen is.
Malaria wordt
overgebracht door muggen, en het beste is om muggenbeten te voorkomen.
In onze kliniek
en in de dorpen geven wij voorlichting over het slapen onder mosquito netten
oftewel klamboes. Het zijn de vrouwtjes muggen die bijten, want ze hebben bloed
nodig om zich voort te planten. Maar helaas beginnen de hongerige vrouwtjes
muggen al te bijten voordat het tijd is te gaan slapen onder de klamboe. Zodra
het begint te schemeren worden de dames actief.
Een ander
advies is om bedekkende kleding te dragen. Nu is er geen enkel kind in Afrika
dat van top tot teen bedekt is met kleding. Uit eigen ervaring weet ik dat de
hongerige vrouwtjes dwars door de kleding heen prikken. Misschien dat goede
dikke kleding of meerdere lagen beter beschermt, maar daar is het echt te warm
voor.
De beste
bescherming is van s’ avonds vijf uur te de volgende morgen zeven uur onder de klamboe
te blijven, en vooral niet even naar het toilet te gaan.
Desalniettemin,
hoe vaker een mens gebeten wordt, hoer groter de kans op malaria, dus toch goed
om alle beschermingsmaatregelen in acht te nemen.
Zodra er verschijnselen
zijn van koorts of andere klachten is het belangrijk, meteen vast te stellen of
het malaria is, en het meteen te behandelen.
Helaas is
bovenstaande verhaal van Abuk en haart zoontje de realiteit. Vele gezondheidsposten
hebben geen personeel of geen behandeling, en mensen moeten heel ver lopen voor
een behandeling. In onze kliniek, zien we patiënten die overal vandaan komen en
kunnen we het aantal patiënten nauwelijks aan. De lokale bevolking is echter
blij met de kliniek, omdat ze daar altijd worden behandeld en in principe weer
beter worden.